Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Het getal nu der dagen, die David in het land der Filistijnen woonde, [11]was een jaar en vier maanden. 11. Hebreeuws, was dagen en vier maanden. Het woord dagen in het getal van vele, wordt dikwijls bij de Hebreen voor een jaar genomen; zie Lev.25:29. David is te Ziklag gebleven tot den dood van Saul, toen kwam hij te Hebron, 2 Sam.2:1. Sommigen nemen het aldus: [Eenige] dagen en vier maanden.